Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Cream
Eric Clapton heeft er al een verblijf in The Roosters, The Yardbirds en John Mayall's Bluesbreakers op zitten als hij besluit om in 1966 met Jack Bruce (Bluesbreakers) en drummer Ginger Baker (Graham Bond Organisation) Cream op te richten. Clapton en Baker zijn twee ego's die constant met elkaar botsen, maar die elkaar tegelijkertijd tot grote hoogten weten op te zwepen: de albums Fresh Cream en Disraeli Gears behoren tot de belangrijkste albums van de jaren zestig. Voor Clapton is de rek er eind 1968 echter alweer uit en hij besluit om samen met onder andere Steve Winwood een nieuwe groep op te richten: Blind Faith. Deze naam refereert aan het blinde vertrouwen dat veel fans en concertorganisatoren in de groep hebben, zonder ook maar één noot muziek te hebben gehoord. Ook Ginger Baker speelt weer mee. Maar Blind Faith wordt na één album alweer ontbonden. Zowel Baker als Clapton laten vervolgens een spoor van supergroepen en zijprojecten achter zich.
Humble Pie
Dat niet elke samenwerking een garantie voor succes is, bewijst Humble Pie. Steve Marriott heeft diverse hits gehad met The Small Faces ('Itchycoo Park', 'Lazy Sunday') en levert met die band de klassieker Ogden's Nut Gone Flake af. Toch besluit hij in 1968 om de groep te verlaten en samen met The Herd-zanger Peter Frampton Humble Pie op te richten. Eerste single 'Natural Born Bugie' wordt nog een flinke hit, maar Humble Pie kan vervolgens noch artistiek, noch commercieel potten breken. In 1971 stapt Frampton alweer uit de groep en in 1975 wordt Humble Pie opgedoekt. The Small Faces zijn zonder Marriott verder gegaan, heten inmiddels The Faces en hebben met Rod Stewart een aansprekende nieuwe zanger. Frampton scoort in 1975 met de single 'Show Me the Way' en de live-lp Peter Frampton Comes Alive! Marriott overlijdt in 1991 bij een brand in zijn huis.
Emerson, Lake & Palmer
In 1970 komen drie progrockmastodonten bij elkaar: Keith Emerson is toetsenist bij The Nice, Greg Lake is bassist bij King Crimson en Carl Palmer drumt bij Atomic Rooster. Het debuut, met hit 'Lucky Man', en opvolger Tarkus doen het goed, maar daarna bezondigen Emerson, Lake & Palmer zich aan alles waar de fans helemaal wild van worden, maar waar punkers in de jaren zeventig van gruwelen: composities van twintig minuten lang ('Tarkus Medley'), bewerkingen van klassieke muziekstukken (Moessorgsky’s Pictures At An Exhibition) en dubbel-lp's (Works). Eind jaren zeventig is het over met het succes van het trio, al is de groep sinds 1992 weer bij elkaar. Maar de commerciële en artistieke hoogtijdagen zijn definitief voorbij, mede door een slepende blessure van toetsenist Emerson.
The Power Station
In 1985 zijn de leden van Duran Duran toe aan een rustpauze. Toch richten Simon Le Bon, Nick Rhodes en Roger Taylor Arcadia op en Andy en John Taylor willen samen met Chic drummer Tony Thompson en producer Bernard Edwards een album opnemen. Aanvankelijk is het idee om elke track op het album door een andere artiest in te laten zingen, maar Palmer bevalt zo goed, dat hij heel het album voor zijn rekening neemt. Het overgeproduceerde 'Some Like It Hot' wordt een grote hit. Vooral Palmer heeft profijt van de samenwerking, want nog hetzelfde jaar verschijnt Riptide, een album waarop alle leden van de supergroep als sessiemuzikanten figureren. Dat album wordt een groot commercieel succes. In 1996 volgt het geflopte Living in Fear en met het overlijden van zowel Thompson als Palmer in 2003 lijkt het bestaan van The Power Station voorbij.
Traveling Wilburys
The supergroup to end all supergroups. Zo zou je de Traveling Wilburys kunnen noemen. Een supergroep met én een Beatle (George Harrison) én Bob Dylan én een wannabe Beatle (Jeff Lynne), aangevuld door rock-n'-roll legende Roy Orbison en Tom Petty, één van de succesvolste iconen van de jaren tachtig. Ontstaan omdat George Harrison een b-kantje nodig had voor 'This Is Love' en met zijn vrienden 'Handle With Care' opneemt. Maar de platenmaatschappij vindt het doodzonde zo'n samenwerking te verspillen voor een b-kantje. Verdere samenwerking levert een album op: Traveling Wilburys, Vol. 1, met klassiekers als het eerder genoemde 'Handle with Care', 'Dirty World' en 'End of the Line'. Twee maanden na de release overlijdt Orbison en wordt overwogen om Del Shannon als vervanger te vragen. Na zijn zelfmoord in februari 1990 besluiten de overgebleven Wilburys met hun vieren een tweede album op te nemen, het geestig getitelde Traveling Wilburys, Vol. 3. Fans speculeren nog tot op de dag van vandaag over de vraag waar deel 2 gebleven is.
Electronic
Er zit ironie in de samenwerking binnen Electronic: Neil Tennant van de Pet Shop Boys zwoer nooit gitaren op hun albums toe te laten en Johnny Marr had met The Smiths een ban op synthesizers uitgesproken. Samen met New Orderzanger/gitarist Bernard Sumner komen ze toch samen in Electronic en zijn ze eind jaren tachtig het buitenbeentje van de Madchester-generatie. Het succes beperkt zich vooral tot thuisland Groot-Brittannië, waar singles als 'Getting Away with It', 'Get the Message' en 'Disappointed' het zowel op de dansvloer als in de hitlijsten goed doen. Tennant is na één album weer vertrokken en vervangen door ex-Kraftwerklid Karl Bartos. Afgezien van een compilatie uit 2006 is er sinds 1999 niets meer van Electronic vernomen.
Me First and the Gimme Gimmes
Punkcovers spelen is geen kunst; elke zichzelf respecterende punkband heeft minimaal één cover op het repertoire staan. Maar er is maar één groep die een carrière heeft opgebouwd rond het fenomeen punkcovers: de punksupergroep Me First and the Gimme Gimmes. En het is aanvankelijk niet eens de bedoeling van Spike Slawson (Swingin' Utters), Fat Mike (NOFX), Chris Shiflett (Foo Fighters), Joey Cape en Dave Raun (beiden Lagwagon) om albums uit te gaan brengen; de groep wil zich eigenlijk beperken tot 7" singles. Toch is er iets gruwelijk misgegaan, want anno 2009 heeft Me First and the Gimme Gimmes zeven albums en achttien singles op zijn naam staan. Het oeuvre omvat inmiddels jarenzestigklassiekers, musicalsongs, r&b en wereldmuziek. Zoals de bezoekers van hun optreden op Pinkpop 2009 kunnen bevestigen: niets is heilig bij dit vijftal.
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/709/klassieke-supergroepen/19561/
Meer op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/709
Deel dit artikel: