Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het ene moment even betoverend en sensueel als Rita Hayworth in Gilda. Luttele ogenblikken later refererend aan de zwoele vamp die Anita Ekberg in talloze glansrollen neerzette. Tussendoor verrijzend als een karakter dat zo weggelopen lijkt uit Dickens’ Oliver Twist-saga. Dat Roisin Murphy niet voor één gat te vangen valt, bewees ze maandagavond met bravoure in Brussel.
Sinds Murphy en haar voormalige partner-in-crime Mark Brydon van tafel en bed scheidden en Moloko nog amper een officieel bestaan op papier leidde, volgde voor de roodharige zangeres de totale leegte. “Er was niks. Geen vrienden, geen vriendje, alleen mijn rommelige appartement. Eigenlijk had ik alleen een recorder als luisterend oor. Als klankbord om tegen te praten”, zo verklaarde ze enige tijd geleden aan een collega. Laat het net die viersporen-recorder zijn die haar van een troosteloos bestaan in de anonimiteit redde, gekoppeld aan het onvoorwaardelijk artistiek engagement van geluidstovenaar Matthew Herbert. Ruby Blue luidde niet alleen de wederopstanding van Roisin Murphy in, wie de Ierse schone afgelopen zomer aan het werk zag op Werchter, was getuige van een – weliswaar niet gespeend van enkele onvolkomenheden – wervelende performance.
In het Koninklijk Circus vielen er weinig of geen wanklanken te noteren. Murphy oogde een pak zelfverzekerder en ook haar zevenkoppige band bleek perfect complementair. Orkestmeester van dienst was Ed Stevens, ook hij heeft een jarenlange staat van dienst bij Moloko, die naast het bespelen van de keyboards de meest weirde en sprookjesachtige geluiden uit de laptop toverde. De man met de bijzonder vreemde motoriek is natuurlijk wel één en ander gewoon van bij Moloko, maar zijn wonderbaarlijke knip- en plaktechniek droeg onmiskenbaar het etiket van Herbert. Toch schoten Murphy en haar kornuiten enigszins aarzelend uit de startblokken. Het op plaat erg hypnotische ‘Ramalama (Bang Bang)’ verdronk helaas in een modderpoel van contrasterende geluiden. Dan was het pijnlijke introspectieve ‘Dear Diary’ al een pak accurater. De eerste staven dynamiet konden meteen in stelling gebracht worden.
Lijnrecht tegenover de uitgelaten en overwegend swingende songs uit Ruby Blue, staan de intimistische teksten van de diva, doordrongen van twijfels, pijn en destructieve weemoed. De volwassen vrouw die op het podium stond was er echter één die het leven volop terug in handen heeft genomen en geen enkele uitdaging uit de weg gaat. Ook muzikaal niet, waar een voortreffelijk blazerstrio de songs kleurrijk arrangeerde en hen de nodige vitaliteit gaf. Handig, zeker als je weet dat niet alle nummers uit Murphy’s solodebuut even sterk zijn. ‘Sinking Feeling’ en het soulvolle ‘Trough Time’ kregen bijgevolg een grondige opknapbeurt en sneden beduidend meer hout dan de plaatversies. ‘Sow Into You’ en ‘If We’re in Love’ zijn dan weer wél uitschieters en dat wist ook het publiek, dat daar gepast op anticipeerde. ‘Night of the Dancing Flame’ twijfelde tussen de cabareteske composities van Waits en een Broadway-musical, ‘The Closing of the Doors’ hield stand in een verleidelijke jazzuitvoering en ‘Ruby Blue’ klonk smeriger dan een dief in het holst van de nacht. Een ander onbetwist hoogtepunt was dan weer ‘Off On It’: grillig, wars en onvoorspelbaar sexy.
Roisin Murphy straalde na afloop als een kind dat zopas voor het eerst de deur van een speelgoedwinkel achter zich dichtgetrokken had. Daar had ze dan ook alle reden toe, want dit was een erg knap concert.
http://www.kindamuzik.net/live/roisin-murphy/roisin-murphy/11073/
Meer Roísín Murphy op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/roisin-murphy
Deel dit artikel: