Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Bij een ontmoeting met Peter Morén valt één ding meteen op: zijn ongewilde, fysieke gelijkenis met Liam Gallagher van Oasis. Gelukkig telt Morén veel minder kapsones in zijn genen en is hij een pak jovialer en spraakzamer. Een zweem van arrogantie is bij hem ver te zoeken. Meer nog, de gemoedelijke toon van het gesprek waait eerder als een heerlijke nazomerbries in het gezicht.
Toch gaat het gesprek over de asgrijze, Noord-Engelse industriestad waarvan Our Kid het beroemdste en beruchtste exportproduct is. Het gros van de songs die Peter Morén, Bjorn Yttling en John Eriksson op Writer’s Block produceren, mag dan wel fris zijn als lavendel en wulps als de welvingen van Scarlett Johansson, de blauwdruk van het materiaal vindt haar oorsprong in het Manchester van eind jaren tachtig.
In het obligate referentiekader huizen vanzelfsprekend The Jesus and Mary Chain en My Bloody Valentine, al noemt en roemt Morén bij uitbreiding de volledige shoegazerscene. Ook The Stone Roses en The Charlatans zijn een prominent en wezenlijk onderdeel van zijn adolescentenleven.
Slechte Britse bandjes
“Daarvoor luisterde ik echter vrijwel uitsluitend naar muziek uit de jaren zestig: The Byrds, Beach Boys en Bob Dylan. Door hen ben ik gitaar beginnen spelen, én door Fairport Convention. Maar wie goed naar onze muziek luistert, ontwaart ook flarden oude soul en zelfs dance of postpunk. Neem nu ESG, die hebben ons enorm geïnspireerd. We hebben al die invloeden in een grote zak gestopt, er eens goed mee geschud en daaruit is Writer’s Block voortgevloeid.”
“Met het songschrijven ben ik begonnen toen ik niemand minder dan The Housemartins ontdekte. Je hoort critici vaak beweren dat de jaren tachtig waardeloos zijn, maar daar ben ik het niet mee eens. In dat decennium is er door diverse indiegroepjes een pak goede muziek gemaakt. Ook nu heb ik de indruk dat de gitaarmuziek een hoogconjunctuur beleeft. Dat geldt niet voor de dertien in een dozijn Britse bandjes waar je dagelijks mee om de oren wordt geslagen. Sorry, maar ik vind die écht niet goed … om eerlijk te zijn zelfs gewoon slecht. Het wordt dus dringend tijd dat de Britse pers ons in de armen sluit”, lacht Morén smakelijk.
Tot zover de invloeden die ervoor zorgden dat Peter, Bjorn & John uitgroeide tot één van de meest verfrissende acts van 2006. Dit terwijl het drietal met Writer’s Block reeds aan haar derde album toe is. Driemaal is scheepsrecht? Daar gaat het stilaan op lijken, want de eerste twee platen van het trio geraakte in het verleden amper de Zweedse grens over.
“Het waren zware jaren,” aldus Morén, “je investeert in jezelf en krijgt er nauwelijks iets voor terug. Nu we bij een major zitten (V2) gaan de zaken een stuk makkelijker. De plaat wordt verdeeld over Europa en een hoop dingen lossen zichzelf op.”
Geen financiële sores meer dus, vooral niet nu ook de bedrijfs- en reclamewereld zwicht voor de ontwapenende charme van die ene radiohit, doorbraaksingle ‘Young Folks’.
“Het mag dan wel een pakkende song zijn, de afstand met hetgeen je dagelijks op de radio hoort en op tv ziet, is aanzienlijk groot. Het nummer duurt 4’40”, terwijl de prijsbeesten op de radio toch veeleer rond de drie minuten klokken.”
“Als we vooraf hadden geweten dat het zo’n succes zou worden, hadden we het beslist ingekort”, zegt Morén. “Het fluitmelodietje an sich vloeide voort uit een stom toeval. Bjorn liep dat constant mee te fluiten bij wijze van geheugensteuntje tot we beseften hoe goed en aanstekelijk het was. Maar zoals in het verleden al meermaals bewezen, borrelen in een spontane bui vaak de beste ideeën op.”
Van Parijs naar Berlijn in veertien uur
Peter, Bjorn & John heeft er dus een hele weg opzitten. Ook letterlijk, want ze mogen dan wel allemaal een optrekje in de Zweedse hoofdstad Stockholm hebben, hun roots liggen een stuk noordelijker. Zo is Morén afkomstig uit het dunbevolkte Dalarna, op een boogscheut van Lapland. Natuurliefhebbers hebben er met talloze boerderijen, bossen en weiden het eeuwige leven.
En wie kent er nu niet de houten Dalarnapaardjes, zowat het nationaal symbool van Zweden? Morén laat het niet meteen aan zijn hart komen, geef hem maar een gezonde dosis literatuur om de donkere winterdagen door te komen.
“Ik heb studies gedaan voor bibliothecaris, maar ik had nog één jaar te gaan en dat was er teveel aan. Het volledige laatste jaar is in de soep gedraaid, dus vrees ik dat die plannen even in de koelkast zitten. Op tournee heb ik geen tijd om te studeren, ook al zaten we gisteren veertien uur in de bus tussen Parijs en Berlijn.”
“Tijd zat, dat wel,” beaamt Morén, “maar dodelijk voor de creativiteit en de concentratie. Verder werk ik nog in een tweedehandsboekenwinkel. Ik hou vooral van de Franse literatuur uit de jaren vijftig. Boris Vian bijvoorbeeld, die het werk van Raymond Chandler vertaalde. Verder vooral Zweedse auteurs waar je hier in België nog nooit van gehoord hebt.”
http://www.kindamuzik.net/interview/peter-bjorn-and-john/het-engelengeduld-van-peter-bjorn-john/14702/
Meer Peter Bjorn and John op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/peter-bjorn-and-john
Deel dit artikel: